Inhoudsopgave
Het grootste verschil tussen het brutoloon en nettoloon is de loonbelasting die nog van het brutoloon moet worden afgetrokken. In Nederland betaal je minimaal 36,55% loonbelasting en maximaal 52%. In deze percentages zit niet alleen de daadwerkelijke belasting inbegrepen, maar bij schijf 1 en 2 ook de premie voor Volksverzekeringen. Hoeveel je betaalt, hangt af van je totale jaarinkomen. Aan de hand van de zogenaamde belastingschijven wordt bepaald hoeveel loonbelasting je moet betalen. Hoe meer je verdient, hoe meer belasting je betaalt aan de Belastingdienst.
Met de belastingschijven voor loonbelasting is het de bedoeling dat de verschillen tussen rijk en arm in Nederland enigszins beperkt blijven. Immers: iemand die veel verdient kan in principe ook meer geld missen dan een persoon die weinig verdient.
Onderdelen loonheffing
De algehele loonheffing bestaat in belastingschijf 1 en 2 uit premies voor de Volksverzekeringen en loonbelasting en in belastingschijf 3 en 4 enkel uit loonbelasting. In schijf 1 betaal je met name premies, in schijf 2 al meer belasting en in schijf 3 en 4 heb je de premies al volledig betaald en betaal je dus alleen loonbelasting. Onder de Volksverzekeringen vallen de:
- Algemene ouderdomswet
- Algemene nabestaandenwet
- Wet langdurige zorg
Belastingschijven voor loonbelasting
In Nederland bestaan er vier belastingschijven voor de loonbelasting. De laagste belastingschijf is 36,55%, de hoogste 52%. Jaarlijks worden belastingschijven meestal enigszins aangepast. Het verschil tussen 2015 en 2016 is klein: de laagste belastingschijf is verhoogd van 36,50% naar 36,55%. Daarentegen is de belasting voor schijf 2 en 3 gedaald van 42% naar 40,40%.
In de onderstaande tabel is te zien onder welke belastingschijven je valt bij jouw loon. De schijven stapelen. Dit wel zeggen dat je eerst de belasting onder schijf 1 betaalt tot een bedrag van € 19,922. Verdien je meer dan dit bedrag, dan betaal je vanaf € 19,923 tot € 33.715 belasting onder schijf 2. Vanaf € 33.716 betaal je vervolgens belasting onder schijf 3, enzovoorts. Verdien je bijvoorbeeld € 70.000 per jaar, dan betaal je dus niet 52% belasting over het volledige bedrag, maar eerst een deel onder schijf 1, dan een deel onder schijf 2, dan een deel onder schijf 3 en tenslotte het restant onder belastingschijf 4.
De verschillende belatingschijven
Bij de belastingschijven wordt onderscheid gemaakt tussen het wel of niet hebben (of in het komende jaar bereiken) van de wettelijke AOW-leeftijd. Ook belangrijk hierbij is dat het gaat om het belastbaar inkomen. Dit is het brutoloon, minus verschillende aftrekposten. Aftrekposten zijn bijvoorbeeld de hypotheekrente en zorgkosten (zoals medicijnen op recept).
Belastingschijven bij AOW-leeftijd in 2016 nog niet bereikt:
Schijf | Belastbaar inkomen | Percentage loonbelasting |
1 | t/m € 19.922 | 36,55% |
2 | € 19.923 t/m € 33.715 | 40,40% |
3 | € 33.716 t/m € 66.421 | 40,40% |
4 | Vanaf € 66.422 | 52,00% |
Belastingschijven bij AOW-leeftijd vóór 2016 bereikt en geboren vóór 1 januari 1946:
Schijf | Belastbaar inkomen | Percentage loonbelasting |
1 | t/m € 19.922 | 18.65% |
2 | € 19.923 t/m € 34.027 | 22,50% |
3 | € 34.028 t/m € 66.421 | 40,40% |
4 | Vanaf € 66.422 | 52,00% |
Belastingschijven bij AOW-leeftijd vóór 2016 bereikt en geboren op of na 1 januari 1946 en voor 1 oktober 1950:
Schijf | Belastbaar inkomen | Percentage loonbelasting |
1 | t/m € 19.922 | 18.65% |
2 | € 19.923 t/m € 33.715 | 22,50% |
3 | € 33.716 t/m € 66.421 | 40,40% |
4 | Vanaf € 66.422 | 52,00% |
Tenslotte is het ook nog mogelijk dat de AOW-leeftijd in 2016 bereikt wordt. De loonbelasting die dan betaalt moet worden hangt af van de schijf waaronder je valt en de maand waarin je de AOW-leeftijd bereikt. Voor belastingschijf 1 en 2 gelden de volgende percentages:
Maand waarin AOW-leeftijd bereikt wordt | Schijf 1 | Schijf 2 |
Januari | 18,65% | 22,50% |
Februari | 20,14% | 23,99% |
Maart | 21,63% | 25,48% |
April | 23,12% | 26,97% |
Mei | 24,61% | 28,46% |
Juni | 26,10% | 29,95% |
Juli | 27,60% | 31,45% |
Augustus | 29,09% | 32,94% |
September | 30,58% | 34,43% |
Oktober | 32,07% | 35,92% |
November | 33,56% | 37,41% |
December | 35,05% | 38,90% |
Voor belastingschijven 3 en 4 gelden dezelfde percentages voor de loonbelasting voor mensen die de AOW-leeftijd bereiken in 2016 als voor mensen die de AOW-leeftijd niet bereiken of bereikt hebben. Dat wil zeggen dat er 40,40% loonbelasting betaalt moet worden voor schijf 3 en 52,00% voor belastingschijf 4.
Andere heffingen van het brutoloon
Het percentage loonbelasting dat je betaalt bestaat uit daadwerkelijke belasting, maar ook verschillende heffingen, bijvoorbeeld de premie voor Volksverzekeringen. In de eerste belastingschijf betaal je in de praktijk maar zo’n 6% belasting. Je betaalt verder met name voor de premie AOW (17%) en Wlz (10%). In schijf 3 en 4 betaal je geen premies meer, maar zijn de percentages puur belasting.
Meer informatie op de website van de Belastingdienst.
Snelmenu bruto-netto.nl:
Bruto netto calculator – Brutoloon – Aftrekposten – Loonschalen – Vakbonden